Wat vaak gezegd wordt over chemo maar gelukkig niet altijd klopt

Na het verdict “chemo” komen de tongen los. Plots lijkt iedereen in je omgeving wel iemand te kennen die ook chemotherapie heeft moeten volgen. Naast de vele tips en blijken van sympathie, zijn het vaak de veel gehoorde clichés over chemo en kanker die het langst in je hoofd blijven spoken. “Oh maar mijn collega moest elke dag overgeven”, “Ik ken iemand die 4 maanden haar bed niet meer uit kon”, “Mijn moeder leek na haar kanker een compleet andere persoon”, … Maar geldt dat wel voor iedereen? Onze ontwerpster Wendy vergelijkt de 3 meest gehoorde clichés met haar persoonlijke ervaring.

 chemo bijwerkingen

Cliché #1: “Je zal je megamisselijk voelen”

Wendy: “Krijgt een personage uit een film of TV-reeks kanker, dan kan je er donder op zeggen dat er kots-scènes zitten aan te komen. Overgeven en chemo, het lijkt altijd te moeten samengaan. En toch is dat in de realiteit niet altijd per se zo. Hoe misselijk je bent, hangt vooral af van de soort chemo die je krijgt. Bovendien is de ene mens gevoeliger voor overgeven dan de andere.

Dat heeft alles te maken met je braakcentrum, een plek in je hersenen die geprikkeld wordt door gifstoffen in je lichaam (de chemo dus) en zo misselijkheid en overgeven uitlokt. Bij de ene persoon raakt dat braakcentrum veel sneller overprikkeld dan bij de ander. Gelukkig krijg je bij de meeste chemokuren speciale medicatie mee naar huis om misselijkheid en overgeven te voorkomen of af te zwakken. Je artsen doen er alles aan om de bijwerkingen van de chemo zo goed mogelijk op te vangen.

Na de eerste 3 kuren was ik misselijk, maar overgeven heb ik altijd kunnen vermijden door netjes m’n antibraakmiddeltjes te slikken. En als mijn maag overstuur was, probeerde ik zo veel mogelijk te rusten en me op mijn ademhaling te concentreren. Na de laatste 3 kuren met een andere chemosoort was ik nooit meer misselijk. In tegendeel, het infuus was nog maar uit m’n arm of ik kreeg enorme trek in veel en vooral vettig eten. Het werd een vast ritueel: van het ziekenhuis recht naar de frituur...

Maar je hoort de meest uiteenlopende verhalen. Een vriendin van me moest na elke chemo een paar dagen opgenomen worden omdat ze zo hevig moest overgeven en dreigde uit te drogen, anderen gingen naar huis en bakten taart. Nee, het cliché klopt dus niet altijd… ”

 bijwerkingen chemotherapie

Cliché #2: “Je zal nergens nog energie voor hebben”

Wendy: “Ook hier weer: dat verschilt van chemosoort tot chemosoort, van persoon tot persoon, en van moment tot moment. Sommige mensen zijn weken aan hun bed gekluisterd, maar steeds vaker hoor je dat de behandelingen zo goed op punt staan, dat veel nevenwerkingen beter worden opgevangen dan pakweg 10 jaar geleden. Daardoor raak je minder snel uitgeput en recupereer je sneller. Ik ken vrouwen die blijven fietsen, naar de dansles gaan, op goeie dagen afspreken met vriendinnen. En een paar uitzonderingen blijven gewoon werken.

Mijn gouden tip? Genoeg rusten. Zelfs op dagen dat je je superwoman (of superman) voelt. Natuurlijk genoot ik volop van een goeie dag. Dan ging ik es shoppen, of nam ik de trein naar zee voor een wandeling. Ik wou zo veel mogelijk naar buiten als dat kon. En natuurlijk had ik na chemo 6 niet meer zo veel goeie dagen vol energie als na chemo 1 of 2. Maar ik leerde snel waar m’n grens lag en leerde op tijd stoppen. Niet doorgaan tot je de grens bereikt, maar net iets vroeger, om reserve in te bouwen.

‘Elk minuutje dat ik nu rust, is na de chemo 2 minuten sneller gerecupereerd’, maakte ik mezelf wijs. Misschien naïef, maar die manier van ‘energie doseren’ werkte voor mij. Ik deed bijna altijd zelf boodschappen, kookte, bleef sociale contacten onderhouden. Soms lukt dat, soms niet. Maar vergeet niet: niemand verplicht je om voluit te gaan, je moet niets bewijzen, ook niet aan jezelf.”

neveneffecten chemotherapie

Cliché #3: “Na een chemobehandeling word je nooit meer dezelfde”

Wendy: “Chemo doet wat met een mens, absoluut. Je lichaam krijgt heel wat te verduren, tijdens je chemotherapie, maar ook nog erna. ‘Chemo maakt een mens 10 jaar ouder’, hoor je vaak. Ik zou dat niet zo letterlijk nemen, maar het is waar dat het je lijf en leden flink op de proef stelt.

Ook geestelijk is een kankerervaring iets dat in je kleren gaat zitten. En vaak besef je pas goed wat je is overkomen, als alle lichamelijke ongemakken al lang achter de rug zijn. Hoe pik je de draad weer op na zo’n zware kankerbehandeling? Veel mensen worstelen ermee. En dat is niet meer dan normaal.

Stellen dat chemo of kanker een ander mens van je maken, zal wel waar zijn. Maar ‘anders’ kan vaak ook ‘beter’ betekenen. Zo voel ik dat zelf alvast aan, en rondom mij ook vele andere ex-patiënten. Je leert beter naar je lichaam luisteren, en gaat er meer zorg voor dragen. Hoeveel mensen gaan na kanker niet wat meer moeite doen om vaker te bewegen of beginnen met yoga of zwemmen? Of gaan gezonder eten omdat ze zich daardoor energieker voelen? Zelf ga ik 2 keer per week naar de yoga, en probeer ik elke dag een eindje te wandelen of te fietsen. In drukke periodes lukt het me maar een kwartier, maar alle beetje helpen. Geen dag zonder fruit en groenten, genoeg slapen, zelden alcohol, … : het is niet eens zo moeilijk om vol te houden als je weet waarvoor je het doet.

En ik durf nu veel beter te luisteren naar wat ik wil. Iets tegen mijn zin doen? Het was nooit mijn grootste talent, maar nu kan ik nog veel beter keuzes maken op dat vlak. Van futiliteiten raak ik niet snel meer van streek. Als ik er geen controle over heb, dan laat ik het los. En vooral: doen wat je graag doet. Dat geeft tonnen energie. Zonder dat inzicht was Rosette la Vedette er nooit gekomen, en was ik nooit onderneemster geworden. Kanker was een schop onder mijn kont. Het zou zonde geweest zijn als ik er niet mee aan de slag was gegaan.”

 chemo bijwerkingen

Nog 2 superbelangrijke chemo tips …

1/ Geloof niet zomaar alle wat je op internetfora leest. Hecht meer geloof aan de tips en adviezen van je arts en onco-verpleegkundigen dan aan wilde verhalen of fabeltjes uit de volksmond. Zij kennen jou en weten waar jij nood aan hebt.

2/ Ga jezelf niet voortdurend vergelijken met lotgenoten. Daar word je in de meeste gevallen alleen maar onzekerder en ongelukkiger van. Je zal altijd iemand vinden die zich beter voelt dan jou, maar wat telt is dat je luistert naar jouw lichaam en focust op wat wél lukt, niet op wat niet gaat. Elke mens is anders, elke behandeling is anders, en elk moment is anders. En dat is helemaal oké.

 









overview